Skip to content

Staantribune: het gouden jaar van Johan Cruijff

Op 25 april van dit jaar zou Johan Cruijff 75 jaar zijn geworden. Bovendien is het seizoen waarin hij met Ajax alles won, 1972, dit jaar vijftig jaar geleden. Het prachtige voetbalcultuurblad Staantribune zag er een mooie aanleiding in om eens in te zoomen op Cruijffjaar 1972. En het mooiste is: ze vroegen mij om dat verhaal te schrijven – en promoveerden het tot coververhaal van Staantribune numero 41. Dat zijn de cijfers van 14, maar dan omgekeerd. Toeval is logisch.

Staantribune #41 is te koop bij de betere bladenboer, maar ook online in de Staantribune-shop. Het is trouwens ook een prima idee om een abonnement op dat blad te nemen.

Klassieker tot Nouri

Hoera, ik sta weer eens in Staantribune. Ook nu ben ik weer trots op het eindresultaat. Gemiddeld genomen schrijf ik zo’n beetje eens per halfjaar een verhaal voor ze, over – pakweg – een incognito bezoek aan de Klassieker, een avondje PEC Zwolle met rapper Sticks of Abdelhak Nouri. Mijn laatste bijdrage, over het Olympisch Stadion, dateert van vrijwel exact twee jaar geleden, dus het werd weer eens tijd, zou je kunnen zeggen.

Verder in Staantribune #41: Shota en Archil Arveladze, de UEFA Cupwinst van Schalke 04 in 1997, Bert Jacobs en een rondleiding door voetbalstad Den Bosch, om maar een paar dingen te noemen.

Wereldgoal tegen Thie

Even een fragmentje uit mijn Cruijff-verhaal? Helemaal aan het begin van dat gouden jaar 1972, op 2 januari, speelde Ajax met een grieperige Cruijff tegen FC Den Haag in het Zuiderpark. Cruijff maakte er een van zijn beroemdste doelpunten.

Meetkundige perfectie

“Na rust, bij een 1-1 stand, ergert Cruijff zich aan een van zijn kousen, die steeds afzakt. Hij loopt naar de zijkant en krijgt van masseur Salo Muller een reepje verband om zijn kous vast te binden. Dan schiet Ruud Krol een hoge bal in zijn richting. Met het reepje verband in zijn hand legt Cruijff op onnavolgbare wijze zijn mandekker Kees Weimar in de luren. Hij neemt de bal niet aan, maar geeft een weergaloze assist op zichzelf door de dalende bal in een vloeiende draai van 180 graden ineens in dropkick mee te nemen en hem, zwanger van effect, te laten landen in het niemandsland tussen Weimar en doelman Ton Thie. In dat niemandsland raakt hij de bal nog maar één keer, binnenkant rechts, wéér in dropkick, wéér met zinderend effect. De bal zeilt over Thie heen, onder de lat, een doelpunt van meetkundige perfectie. Twee aanrakingen. De vrije ruimte ongeëvenaard bespeeld.”

Zo begón 1972 voor Johan. En over schoonheid gesproken: dat omslag! Koop dat blad.

 

Back To Top